|
Transport Museum: DUTC Tram 224 Hoewel ie er vreselijk echt uitziet is tram 224 van de Dublin United Tramway Company (DUTC) in het Transport Museum een replica. Het was rond de eeuwwisseling van ruim honderd jaar geleden niet ongebruikelijk dat paardentramrijtuigen werden voorzien van een motor en een trolley om nog een aantal jaren als elektrische tram door het leven te gaan. Ook in Dublin gebeurde dit met dertig paardentramrijtuigen, gebouwd door Milnes. Deze rijtuigen hadden eerst in 'gemengde' dienst gereden. Vanaf een verderaf gelegen eindpunt werden ze door een paard getrokken waarna ze halverwege het stadscentrum als aanhangwagen aan een elektrische tram werden gekoppeld. Na een dodelijk ongeluk in deze gemengde dienst werd besloten de zogeheten trailers om te bouwen tot motorwagen. De London County Council Tramways gebruikte tot circa 1920 ook dergelijke trailers, die voor deze maatschappij waren gebouwd door de firma Brush. Door een speling van het lot eindigde één van die Londense tramrijtuigen op een boerenerf in het Ierse Abbeyleix. Op een morgen in 1982 hoorde boer James Pratt een radioprogramma waarin over het werk van het National Transport Museum werd verteld. Hij belde onmiddellijk op en doneerde het wrak aan het museum. De Ierse tramdeskundige Jim Kilroy zag vrijwel terstond dat het mogelijk moest zijn het rijtuig te herbouwen als een replica van een elektrische tram uit Cork. Nadat de tram was overgebracht naar Dublin brak er brand uit in de loods waarin het voertuig werd herbouwd. Omdat het rijtuig structurele schade had opgelopen werd na uitgebreid bronnenonderzoek besloten het rijtuig te herbouwen als een geëlektrificeerde Milnes trailer. Uit verder onderzoek bleek dat tram 224 het langste -van 1900 tot 1923- gemotoriseerd en met open balkons Dublin had doorkruist. Derhalve werd de voormalige Londense T124 omgedoopt tot nummer 224. Er was geen geld voor een gemotoriseerde truck of chassis. Daarom staat de tram op banden waaroverheen schijn wielstellen zijn gemonteerd teneinde de tram toch een authentiek uiterlijk te geven. Jim Kilroy en zijn mannen -allen vrijwilligers- hebben tien jaar lang vrijwel iedere zaterdag gewerkt aan de restauratie van de tram. Bij de herbouw moesten heel wat problemen worden overwonnen. Zo zijn de twee trappen door de vrijwilligers zelf gefabriceerd waarbij gebruik werd gemaakt van kartonnen mallen. Meer foto's van tram 224 en andere trams in het Transport Museum vind je in het foto-album. |